De jury lichtte dit toe met de volgende passage uit het juryrapport:
‘Als rector magnificus van Universiteit Maastricht ben je verantwoordelijk voor de strategie en het beleid rondom wetenschappelijk onderzoek & onderwijs en ben je het boegbeeld van de universiteit op dit gebied, nationaal en internationaal gezien. Daarnaast ben je hoogleraar en een zeer betekenisvol wetenschappelijk onderzoeker. Een combinatie die jou ijzersterk maakt in hetgeen je doet, zo oordelen ook je collega’s. Ze omschrijven je als iemand die vanuit de inhoud zeer gedreven is om de universiteit sterker en beter te maken en die de juiste bestuurlijke kwaliteiten heeft om dit ook daadwerkelijk te bewerkstelligen. Tegelijkertijd ben je ook iemand die empathisch is, zich inleeft in de belangen van de werkvloer en de studenten. Die zaken goed doordenkt en inhoudelijk vormgeeft, weloverwogen en zeer degelijk voorbereid.
Dat alles getuigt van veel kracht, geloof in jezelf en commitment om je eigen weg te bewandelen. Je geeft zelf aan dat je daarbij veel kansen hebt gekregen, mensen bent tegengekomen die je hebben geholpen bij de onverwachte keuzes die je hebt gemaakt en bij de stappen die je hebt gezet.
In het helpen van anderen om hùn ambities te bereiken, ligt ook een van jòuw ambities. Toen we je tijdens ons kennismakingsgesprek vroegen waarom je ‘ja’ hebt gezegd tegen deze verkiezing, gaf je aan dat je dit niet voor jezelf doet, maar voor anderen. Dit werd ook bevestigd tijdens het werkbezoek aan de universiteit: toen we vroegen aan je naaste collega’s waarom jij topvrouw Limburg zou moeten worden, zeiden ze “omdat ze er altijd is voor haar collega’s”.
Door te laten zien wie jij bent, wat je hebt bereikt en hoe je dat hebt gedaan, hoop je een verschil te maken. Door anderen te inspireren, ze te stimuleren om hun dromen na te streven en ze te bevestigen dat het oké is om te doen.’